Column: “Wie het bestaande niet eert is het nieuwe niet weerd”

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

De frustratie in de bouwsector was voelbaar toen de Raad van State begin november 2022 een streep zette door de vrijstelling van de stikstofemissieregels in de bouw. Alsof er nog geen problemen genoeg zijn door gebrek aan betaalbare bouwmaterialen en bouwvakkers, en simpelweg plekken om te bouwen! 

Wellicht is de uitspraak van de Raad een stimulans om naast nieuwbouw meer naar de mogelijkheden van bestaande gebouwen te kijken. Die boodschap viel ook terug te lezen in de open brief ter afsluiting van de Internationale Architectuurbiënnale Rotterdam (IABR). Die brief werd begin november 2022 naar diverse ministeries in Den Haag verstuurd namens het tongue-in-cheek ‘Ministerie van Maak’. 

De open brief presenteert de kern van 101 door ontwerpteams gemaakte voorstellen voor de toekomst van Nederland; 40 procent van die voorstellen ging over transformeren in bestaand stedelijk gebied. De belangrijkste boodschap: “Één miljoen extra woonplekken in plaats van één miljoen nieuwe huizen.” Het verschil lijkt subtiel, maar is essentieel: niet alleen bouwen maar vooral verbouwen.

Een groot deel van de nieuwe woonruimte kunnen we realiseren zonder nieuwbouw: toekomstige woonwensen bedienen én doorstroom bevorderen met slimme woontypologieën in bestaande gebouwen. Handelen vanuit het bestaande bespaart tijd, geld, en een grote hoeveelheid CO2. Toch raakt de focus op maximaal hergebruiken van het bestaande snel buiten beeld, en dat is doodzonde. 

“Het meest duurzame gebouw is dat gebouw dat je niet moet bouwen.”
Bron: Architectencollectief RE-ST

Transformeren van het bestaande? Oud nieuws zult u denken. Dat doen we toch al lang? Dat klopt. Maar we doen het nog steeds maar mondjesmaat en we maken lang niet genoeg gebruik van de potentie die de gebouwde voorraad ons biedt.

In 2021 werden volgens het CBS 9.500 woningen door transformatie toegevoegd aan de voorraad; 10 procent van het totaal. Sinds 2015 is dat aantal niet zo laag geweest. Met 2019 als topjaar toen 12.500 woningen werden toegevoegd door transformatie; 13 procent van het totaal. 

Begin dit jaar publiceerde het Expertteam Vastgoedtransformatie, in opdracht van BZK, een overzicht van woningtransformaties: heden, verleden, maar vooral ook toekomst. Het team concludeert dat met meer beleidsinzet het aantal toevoegde woningen met 12.500 per jaar verhoogd kan worden. Dit alleen al door transformatie van winkels en kantoren. De potentie van het transformeren van publiek- en maatschappelijk vastgoed zoals overheidsgebouwen, scholen en kerken is daarin nog niet eens meegenomen, omdat daarover minder gegevens beschikbaar zijn. Ook de potentie om meer woonruimte te creëren door efficiënter gebruik te maken van de bestaande vierkante meters woonoppervlak is nog niet meegenomen. 

De stapel ideeën om woonruimte toe te voegen door slim transformeren, splitsen en verdichten is torenhoog, maar krijgt weinig navolging. Het bestaande is onze aandacht meer dan waard in deze tijd van circulariteit, CO2-besparing en de, sinds de uitspraak van de Raad van State, onontkoombare noodzaak tot stikstofreductie. Wie het bestaande niet eert is het nieuwe niet weerd.

Gerard van Bortel is universitair docent housing management aan de TU Delft, lid van de raad van commissarissen van woningcorporaties Rochdale in Amsterdam en Het Grootslag in Wervershoof op voordracht van de huurdersorganisaties, en lid van het landelijk bestuur van de Woonbond.

Bron: CorporatieGids Magazine, Foto: CorporatieMedia