Everdina Groen (Elkien): Goed testen van software zorgt voor minimale impact voor de organisatie

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

Iedere maand wordt een woningcorporatie geconfronteerd met software-updates. Deze noodzakelijke verbeteringen zorgen voor meer veiligheid, meer functies of efficiëntere processen. Maar tegelijkertijd kunnen updates ook een verandering van het ‘oude vertrouwde’ betekenen. “Testen is daarom essentieel,” vertelt projectmanager Everdina Groen van Elkien. In gesprek met CorporatieGids.nl vertelt ze over het belang, de meerwaarde en de resultaten van goed en gedegen testen bij deze Friese Thuiscorporatie.

“Het doorvoeren van software-updates is iedere keer een uitdaging,” begint Everdina het gesprek. “Het is namelijk ons doel de nieuwe versie door te voeren, terwijl de impact voor onze gebruikers zo laag mogelijk is. Dat betekent niet alleen dat een nieuwe release technisch moet werken, maar ook functioneel aan onze eisen voldoet. En precies in die tweesprong zit voor ons de uitdaging.”

Continuïteit borgen
Testen bij Elkien gebeurt niet alleen bij de komst van nieuwe systemen, legt Everdina uit. “Ook bij bijvoorbeeld nieuwe releases, updates of andere projecten waarbij er grote wijzigingen in de systemen doorgevoerd worden. Het grote voordeel hiervan is dat wij de continuïteit van onze bedrijfsvoering borgen én de risico’s zoveel mogelijk beperken.”

Preproductie-omgeving
Iedere test begint in de ‘preproductie-omgeving’, licht Everdina toe. “Dat is in ons testproces de eerste fase. Deze omgeving is vergelijkbaar met het eindproduct, maar bevat geanonimiseerde data en wordt puur gebruikt om te kijken of alles technisch werkt. Dat betekent kijken of er op knoppen gedrukt kan worden of dat de data goed staan. Hier worden veel fouten al uitgefilterd, en geeft ons input om alles technisch goed neer te zetten.”

Functioneel testen
De volgende stap is het functioneel testen. “De afgelopen jaren groeit het besef dat testen enorm belangrijk is. Niet alleen om te kijken of alles functioneel werkt, maar ook om te kijken wat het betekent voor je eindgebruikers. In deze tweede fase kijken we of onze eindgebruikers nog wel overweg kunnen met de software. We laten hen in een schaduwomgeving – dat is een kopie van onze werkomgeving waarin de verbeteringen uit de eerste fase zijn doorgevoerd, maar los staat van de échte productieomgeving – aan de slag gaan met de software. Op basis van vooraf gestelde acceptatiecriteria kijken we of men wel hun werk kan doen binnen de software. Dat is enorm belangrijk, want soms kan iets technisch wel werken maar kan een collega er niet goed mee overweg.”

Extra stap
Pas als alle tests goed zijn afgerond, wordt de software doorgezet naar de productieomgeving. Everdina: “Het inzetten van de schaduwomgeving – en dus een extra stap in het testen – kan als dubbelop voelen, maar doen we juist bewust. Door deze extra test weten we zeker dat de installatie van de software goed verloopt. Zouden we dit niet doen en de aanpassingen van de eerste fase direct doorvoeren, dan weet je niet zeker of iedereen nog steeds zijn of haar werk kan doen met de software. Installaties en het doorvoeren van updates gaat immers steeds vaker volledig automatisch. Bovendien wil je er niet achteraf achter komen dat iets tóch niet helemaal synchroon liep waardoor de impact op de bedrijfsvoering enorm is.”

Kennis
Het testen van systemen met kerngebruikers zorgt ook voor meer kennis, vertelt Everdina. “Ik zeg weleens: hoe meer je test, hoe meer je weet én hoe meer je leert over je systemen. Door periodiek intensief naar je systemen te kijken, leer je deze goed kennen en zie je wat er verandert bij elke update. Je krijgt daardoor een integraal beeld en begrijpt meer van de werkprocessen. Ook van die waar je misschien niet iedere dag zelf mee te maken hebt. Die kennis leidt tot begrip en stelt collega’s in staat een werkproces makkelijk aan te passen. Maar dat besef begint bij de kennis die je opdoet tijdens het testen.”

Snel en gestructureerd
Elkien werkt bij het testen van software nauw samen met TestMonitor, gaat Everdina verder: “Denk bijvoorbeeld aan het opstellen van acceptatiecriteria; dat is iets wat we samen doen met TestMonitor. Het fijne aan hun ervaring is dat we niet iedere keer zo’n acceptatiescript vanaf de grond op moeten bouwen, maar eerdere scripts kunnen hergebruiken of aanpassen. We kunnen daardoor snel en gestructureerd tests uitvoeren. Daarnaast helpen zij ons bij het verkrijgen van managementinformatie. We registreren de resultaten van de technische test in TestMonitor en rapporteren op basis daarvan. Zo hebben we de kennis om goede beslissingen te kunnen nemen.”

Minimale impact
Op de vraag wat de testmethodiek Elkien oplevert, vertelt Everdina: “Je ziet dat – door gebruik te maken van drie fases – je releases hebt met minimale impact en beperkt risico. In de eerste fase tackelen we 80 tot 90 procent van de issues. Aan het einde van de tweede fase heb je 90 tot 95 procent van de problemen eruit gefilterd. Dat betekent dat het leeuwendeel van de blokkerende issues al lang verholpen zijn voordat je live gaat. De resterende zaken zijn vaak kleine dingen die of niet gezien zijn of achteraf toch blijken op de treden. Hier kun je vervolgens snel op inspelen, zodat de continuïteit van werkprocessen gewaarborgd wordt.”

Processen laten doorgaan
Afsluitend vertelt Everdina over haar belangrijkste do’s en dont’s bij het testen van software: “Het is belangrijk om vooraf test- en acceptatiecriteria te bepalen zodat ze scope helder blijft. Zet daarbij eigen kerngebruikers in voor functionele testen, om ook draagvlak te creëren. Maar misschien wel het belangrijkste is dat je niet alleen technisch test, maar dit verdeelt over drie fases. Zo zorg je ervoor dat de impact minimaal blijft en processen gewoon doorgang kunnen vinden.”

Bron: CorporatieMedia, Foto: Elkien