Margriet Gruiters en Jolanda Kanters (Woongaard): Duidelijke spelregels urgentiedienstverlening door uniforme werkwijze

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

Woningzoekenden in een noodsituatie kunnen vaak binnen hun gemeente urgentie aanvragen om een woning te krijgen. Maar iedere gemeente hanteert haar eigen kaders wat kan leiden tot een verwarrende wirwar aan spelregels. Woongaard – een woonruimteverdeelregio met een uitgestrekt gebied van Tiel tot Sliedrecht – heeft daarom onlangs haar urgentieproces geoptimaliseerd. In gesprek met CorporatieGids Magazine leggen Voorzitter Beleidsgroep Margriet Gruiters en Coördinator Jolanda Kanters de uitdagingen, veranderingen én winst voor urgente woningzoekenden in de regio toe.

Woongaard opereert in een uitgestrekte regio, begint Margriet het gesprek. “Een van de grootste uitdagingen is dan ook invulling geven aan de verscheidenheid aan corporaties binnen de samenwerking, naast de ‘bekende’ uitdagingen als oplopende wacht- en zoektijden, vergrijzing en gezinsverdunning. De een opereert bijvoorbeeld in een stad terwijl de ander op het platteland woningen verhuurt. Daarnaast zitten sommige corporaties in de provincie Zuid-Holland, anderen in Noord-Brabant en weer anderen in Gelderland. Dat brengt andere nuances met zich mee.”

Vrijheid binnen kaders
Als je woningzoekenden bedient, wil je het proces duidelijk en concreet maken. Margriet: “Die uniformiteit is soms lastig omdat we binnen ons gebied opereren in vier verschillende subregio’s. Vanwege onze geografische grootte laten we binnen Woongaard veel ruimte om invulling te geven aan regels volgens plaatselijk beleid. Een voorbeeld daarvan is de manier waarop middeninkomens worden bediend. Sommige corporaties zetten stevig in op de vrije toewijzingsruimte voor deze doelgroep, terwijl anderen daar niet voor kiezen. Daarnaast hebben we corporaties die specifiek inzetten op nieuwbouw terwijl anderen dat minder doen. We proberen binnen kaders corporaties de mogelijkheid te geven hun eigen kleur te kiezen in de manier waarop ze woningen verhuren.”

Urgentiedienstverlening
Een onderwerp waar de corporaties naar elkaar toe bewegen is de urgentiedienstverlening. Jolanda: “Mensen die in een situatie zitten waar ze niets aan kunnen doen, hulp nodig hebben en daarbij gebaat zijn met een woning, die wil je helpen. Dat is voor ons de essentie van urgentiedienstverlening. Vanwege het gebrek aan beschikbare woningen hebben we de laatste jaren kritische, lastige en soms verdrietige keuzes moeten maken. Maar onderaan de streep hopen we de meest dringende urgenten die huisvesting zoeken te kunnen bedienen, op een zo eerlijk mogelijke manier. Binnen Woongaard doen we dat met drie van de vier subregio’s vanuit een gezamenlijke urgentieregeling. In de overige regio worden urgenties verleend via de gemeenten, en verschillen daarom van de rest.”

Veranderende regels
Dat wet- en regelgeving daarbij steeds veranderen, maakt het bedienen van urgente woningzoekers lastig. Jolanda: “Je moet continu bijsturen, met de Regiewet als recent voorbeeld. Binnen Woongaard hebben we een werkgroep geformuleerd om voor woningzoekenden duidelijke kaders te maken die zo uniform mogelijk binnen Woongaard worden gehanteerd. De drie subregio’s die zijn aangesloten bij de gezamenlijke urgentieregeling hadden vroeger bijvoorbeeld verschillende uitvoeringsinstanties die op hun eigen manier opereerden. We hebben dit daarom ondergebracht bij één partij: Het Vierde Huis. We merkten dat bepaalde situaties per regio anders werden behandeld, bijvoorbeeld een urgentieaanvraag vanwege een scheiding. We hebben stevige sessies gehad om dat op één lijn te krijgen.”

Werken vanuit overeenkomsten
Uniformeren en op dezelfde manier processen inrichten vraagt om het opgeven van een deel van je eigen identiteit. “Dat is natuurlijk lastig als je gewend bent zelf te beslissen hoe je een proces inricht,” vertelt Margriet. “Om goed tot elkaar te komen, hebben we vanuit de werkgroep gewerkt vanuit de overeenkomsten tussen de corporaties. Wat doen we allemaal hetzelfde en waar zitten we op één lijn? Vervolgens zijn pas de hobbels in beeld gebracht. Dat werkt fijner omdat je eerst kijkt naar wat elkaar verbindt in plaats van wat je verschillend maakt. Over de verschillen is vervolgens gedebatteerd en op slechts twee punten konden we geen consensus krijgen. Een van de punten was de hoogte van het bedrag wat je moet betalen om in aanmerking te komen voor een urgentieregeling. Sommige wilden een tegemoetkoming van de kosten terwijl anderen dit gratis wilden houden. Bij deze twee punten hebben de bestuurders een klap op de zaak gegeven en is uiteindelijk de keuze gevallen op de middenweg. Je moet toch immers met elkaar door.”

Trots
“Ik denk dat we als regio heel trots mogen zijn op hoe we dit hebben gedaan,” gaat Margriet verder. “We zijn in twee jaar tijd van verschillende beleidskaders naar één basisset aan regels gegaan. Dat is een intensief implementatieproces geweest wat door goede inzet van collega’s en partners tot een goed einde is gebracht. In dat proces vond ik de kennisuitwisseling tussen corporaties ook heel waardevol. Door te bespreken waar iedereen staat, belicht je een onderwerp vanuit verschillende invalshoeken. Dan kom je er achter dat de verschillen meevallen en een andere manier van kijken ook voor jouw organisatie meerwaarde kan bieden.”

Regierol
“Omdat we naar één beleidskader zijn gegaan, hebben we gezocht naar een partij die het hele gebied kan bedienen én expert is in het urgentiestellen,” legt Jolanda uit. “Daarom hebben we uiteindelijk de keuze gemaakt voor Het Vierde Huis. Het voordeel van hen is dat in hun werkwijze de woningzoekende medeverantwoordelijk wordt gemaakt van de kwaliteit van de urgentieaanvraag. In onze oude werkwijze lag die verantwoordelijkheid geheel bij Woongaard zelf. Woningzoekenden kwamen langs en er vond direct een groot gesprek plaats om de casus te bespreken. Die informatie werd beoordeeld om te kijken of de aanvraag kans van slagen had. Nu worden woningzoekenden doorverwezen naar urgentiewijzer.nl waar ze een dossier aanmaken. Ze moeten bijvoorbeeld zelf onderbouwen en uitleggen waarom ze in aanmerking moeten komen voor een urgentieregeling. Door software worden ze hierbij ondersteund waardoor wij meer een regierol kunnen innemen en bijspringen waar nodig. Uiteraard blijven we minder digitaal vaardige woningzoekenden ondersteunen bij het indienen van de aanvraag, iets waar we op deze manier meer tijd voor kunnen vrijmaken.”

Evaluatie
Of de nieuwe werkwijze ook betekent dat er meer urgentieregelingen zullen worden getroffen, kan volgens Margriet nu net na de implementatie nog niet worden vastgesteld. “In de zomer gaan we met de werkgroep cijfers evalueren en kijken of dit heeft geleid tot meer positieve kans-adviesgesprekken. Wat we wel zien, is dat er meer aanvragen binnenkomen. Dit komt wellicht omdat het makkelijker wordt een aanvraag in te dienen. Maar of dit ook echt leidt tot meer urgenten, kunnen we pas aan het eind van het jaar zien.”

Verwachte toename
De trend van de afgelopen jaren was dat het aantal urgente woningzoekers was verminderd, sluit Margriet af: “De vraag is of dat komt omdat er minder urgente woningzoekenden waren of omdat we een strengere selectie aan de poort hadden. Gezien de grote uitdagingen voor de sector om mensen te voorzien van huisvesting, verwachten we dat het aantal aanvragen zal toenemen. Dat blijft de komende jaren een grote uitdaging, want je ziet steeds meer doelgroepen ontstaan die bediend moeten worden. Aan ons de taak om in die toename het juiste beleid te maken om het schaarse aanbod goed en eerlijk te blijven verdelen.”

Bron: CorporatieGids Magazine, Foto: Theo Scholten